Drones zoeken naar vermiste surfer Scheveningen

In de zoektocht naar de vermiste surfer Mathijs worden vandaag drones ingezet. Vorige week kwam Mathijs met vier anderen om het leven voor de kust van Scheveningen. Alles op alles wordt gezet om hem te vinden.

Vorige week werd met man en macht gezocht naar het lichaam van de omgekomen surfer. De zoekactie moest beëindigd worden toen dat niets opleverde. SAR Nederland doet vandaag toch weer een poging door middel van drones.

Beter in de golven zoeken

"We assisteren de politie vaker bij vermissingen. Zowel op land als op het water", vertelt Houwina Postma van SAR Nederland. SAR staat voor search and rescue. "Van bovenaf zie je toch meer. Er zijn al helikopters ingezet tijdens de zoekactie, maar nog geen drones." Het is de eerste keer dat de organisatie drones boven zee gebruikt.

"Drones zijn heel functioneel", legt Postma uit. "Ze kunnen beter in de golven zoeken en zijn uitgerust met gps en warmtesensoren. De drones kunnen zo'n vijf kilometer de zee op. Vanuit de auto kunnen we op een scherm meekijken. Het zijn goede beelden: we kunnen op alles inzoomen of het beeld stilzetten."

Kleine kans

"Er is al extreem veel gezocht naar hem, maar hij is nog niet gevonden. De kans is klein dat wij hem vinden, maar we gaan ons best doen", zegt Postma. "De zee heeft veel uitdagingen. Je kunt niet zomaar ergens gaan zoeken, want de zee is groot. Als we wisten waar hij was, dan hadden we hem al gevonden. De zee blijft z'n eigen ding doen. Hij kan op een heel andere plek liggen dan wij denken."

Lastig zoeken op zee

Dat een zoektocht op zee niet makkelijk is, weten ze ook bij de Koninklijke Nederlandse Redding Maatschappij (KNRM). "Iedere golf is een muur. Vanaf het water is het bijna niet te doen als alleen een hoofd boven water steekt en er veel golven zijn", legt een woordvoerder uit. "Dan moet je er pal naast varen om dat te zien. Vanuit de lucht heb je daar geen last van."

Stromen in het water

Ook spelen de verschillende stromen in het water een grote rol. Er is een bovenste stroom, en een onderste stroom, die zo'n twee meter onder het wateroppervlakte zit. "Als iemand in de bovenstroom verdwijnt, is het makkelijker om die persoon te vinden. Die stroom is gevoelig voor de wind, dus dan kun je berekenen welke kant iemand op is gegaan." In de onderstroom is dat een ander verhaal en is niet na te gaan welke kant een persoon opgaat.

Een speld in een hooiberg, maar toch blijven mensen uitkijken naar de vermiste surfer. "Hulpverleners gaan om de haverklap naar buiten om te kijken. Mensen denken telkens iets te zien. Het raakt ook hen heel erg."

Vorige postEerste drone levert pakket op schip in Rotterdam
Volgende postNederlandse app toont waar je wel en niet mag vliegen met je drone